Steriliseren is eigenlijk het verkeerde woord voor de ingreep die de dierenarts bij je hond doet. De ingreep is namelijk te vergelijken met castratie omdat de dierenarts bij sterilisatie de eileiders doorknipt. Omdat de dierenarts daarnaast operatief de eierstokken van je huisdier verwijderd, is de operatie voor een teef wel zwaarder dan voor een reu. Het steriliseren van de hond is namelijk inwendig. Bij castratie is deze uitwendig. De baarmoeder van je hond wordt alleen verwijderd als deze verdikt is.
Loopsheid komt het eerst voor als je hond 6 tot 12 maanden oud is. Steriliseren van je hond is het beste om voor de eerste loopsheid te doen. Het risico op melkkliertumoren op latere leeftijd wordt daardoor kleiner.
Veel dierenartsklinieken steriliseren honden jonger dan 6 maanden niet. Natuurlijk is het lastig om in te schatten wanneer je teef loops wordt voor de eerste keer. Gebeurt dit voordat je je hond gesteriliseerd hebt, dan dien je 3 tot 4 maanden te wachten na de loopsheid met de sterilisatie van de hond. De risico’s op complicaties tijdens de operatie bij loopsheid zijn namelijk groter.
Steriliseren van je hond voorkomt loopsheid en in veel gevallen:
De vrouwelijke hormonen zorgen namelijk voor een stimulans van melkkliertumoren. Ook is het dit oestrogeen wat op latere leeftijd zorgt voor een baarmoederontsteking. Bij baarmoederontsteking moet de baarmoeder van je hond verwijderd worden. Het probleem hierbij is echter dat je hond erg ziek wordt van baarmoederontsteking en daarom in slechte staat verkeert als zij geopereerd moet worden.
Het steriliseren van je hond zorgt ervoor dat zij geen puppies meer krijgt. Als voordelen komen daarbij dat je hond:
Nadelen van het steriliseren van je hond zijn er ook:
In de regel breng je je hond ’s ochtends naar de dierenarts en kun je je hond ’s middags weer ophalen. Als je hond heel angstig is kun je bij je hond blijven als de dierenarts je hond onder narcose brengt. Is je hond buiten bewustzijn dan gaat de dierenarts beginnen met de operatie.
De buik wordt eerst geopend, waarna de eierstokken verwijderd worden. De baarmoeder wordt alleen verwijderd als deze een afwijking heeft (bijvoorbeeld als deze verdikt is). Vervolgens wordt de buikwand in drie lagen huid gehecht: de onderhuid, de huid en de spierwand. Na de operatie wordt je hond naar de uitslaapkamer gebracht.
Je hond is als je deze komt halen weer bij kennis. Als je je hond komt halen wordt aangeraden met de auto te komen. Lopen is voor de hond na de operatie een te grote inspanning. Je krijgt medicijnen en pijnstillers mee voor je hond.
De sterilisatie is een grote ingreep voor je hond. Je kunt van te voren een bloedonderzoek laten doen, zodat bekeken kan worden of de lever en de nieren van de hond goed functioneren. Dit zijn de organen die de verdovingsstoffen moeten afbouwen.
Na de operatie mag er geen bloed meer uit de wond komen. Lijkt je hond nog veel pijn te hebben en is ze erg sloom, dan moet je zo snel mogelijk contact opnemen met je dierenarts.
Als je hond constant aan de wond zit, kun je een speciaal rompertje aanschaffen. De zogenaamde lampenkap is ook een oplossing, maar wellicht minder praktisch voor de hond.
Bij het castreren van je hond knipt de dierenarts de zaadleiders door en verwijderd de testikels (zaadballen). Door castratie stopt de productie van testosteron bij de reu.
Castratie kun je verwegen zodra een hond de volwassen leeftijd bereikt. Afhankelijk van het soort hond gebeurt dit bij een leeftijd van 1 jaar.
Castratie bij honden is vaak de oplossing:
Castratie bij honden geeft niet de garantie dat de hond daarna perfect gedrag gaat vertonen. Castratie zorgt wel voor een verandering in de hormoonhuishouding van de hond. Aangeleerd agressief gedrag kan de hond ondanks de castratie blijven vertronen als je langer wacht met de castratie.