De chinchilla (Latijnse naam: Chinchilla Lanigera) komt oorspronkelijk uit het Andes-gebergte in Zuid-Amerika (Chili en Peru). Toen de Spanjaarden aan het begin van de 16e eeuw Zuid-Amerika veroverden, ontdekten zij het knaagdiertje.

Aangezien ze een unieke haarstructuur heeft, werd de chinchilla vooral populair vanwege zijn bont. Één haarzakje van de chinchilla bevat namelijk maar liefst 40 tot 100 haren. De populariteit van het chinchilla bont bleef stijgen. Zodoende werden ze aan het begin van de 20e eeuw met uitsterven bedreigd. Tegenwoordig denkt men dat de wilde chinchilla nog in moeilijk bereikbare gebieden in Zuid-Amerika voorkomt. Het is ook mogelijk dat de wilde chinchilla uitgestorven is.

Aan het begin van de 20e eeuw is de chinchilla door Mathias F. Chapman gedomesticeerd. Toen hij in het bezit kwam van een chinchilla was hij zo onder de indruk van dit knaagdier dat hij vervolgens meer chinchilla’s als huisdier wilde hebben. Chapman heeft er drie jaar overgedaan om 11 chinchilla’s te vinden. Met deze chinchilla’s is hij gaan fokken. Tegenwoordig neemt men aan dat de huidige chinchilla’s van de gedomesticeerde chinchilla’s van Chapman afstamt.

Chinchilla als huisdier

Het zijn erg sociale dieren. Ze kwamen in het wild in kolonies voor. Daarom is het belangrijk dat je er minstens twee neemt als je een chinchilla wilt aanschaffen. Alleen zal hij zich eenzaam voelen, hij kan gedragsproblemen krijgen en lusteloos worden. Omdat het nachtdieren zijn, worden zij vooral ’s avonds actief. Ze worden tussen de 10 en de 15 jaar.

Chinchilla’s koppelen

Als je chinchilla’s wilt koppelen, zal dit eerst zorgen voor ruzie. Daarom is het verstandig om ze eerst apart naast elkaar te zetten in een kooi. Op die manier leren ze elkaar kennen en zullen ze het sneller aanvaarden als ze samen gezet worden. Verstandig is het om ze samen te zetten voordat zij geslachtsrijp worden (met 4 tot 6 maanden). Dan zullen zij waarschijnlijk zonder problemen gekoppeld kunnen worden. Ook een jonge bij een volwassen chinchilla zorgt minder snel voor problemen dan het koppelen van twee volwassenen.

Je hebt de keuze om bokjes (mannetjes) te koppelen of vrouwtjes. Een vrouwtje en een bok samen gaat ook. Let dan wel op dat de chinchilla’s zich kunnen voortplanten. Als je dit niet wilt moet je er niet twee samenzetten van een ander geslacht. De combinatie van meerdere bokjes en een vrouwtje is geen goed idee: De bokjes kunnen om het vrouwtje gaan vechten totdat de een de ander doodt.